zaterdag 29 september 2012

Rond Marmara Adasi

Op donderdag 13 september zijn we begonnen aan een ontspannen vaartocht rond het eiland Marmara Adasi. Vanuit onze ligplaats Asmali, zijn we oostwaarts gegaan om na zo'n 3 mijl naar het noorden te draaien, om het rotseiland Asmaliada heen. Je schijnt ook tussen dit eilandje en Marmara Adasi door te kunnen varen, maar wij hebben dat risico maar niet genomen. De kliffen die hier en daar uit het water steken zien er dreigend genoeg uit!
littekens van het winnen van marmer
Eenmaal aan de noordzijde zie je direct waar dit eiland zijn naam aan te denken heeft. Een groot deel van de hellingen aan deze kant zijn getekend door het zoeken naar en het winnen van marmer. En dat gebeurt dus al sinds mensenheugenis! Ook de oude Grieken en Romeinen wisten al dat dit een van de weinige plaatsen ter wereld is waar je het echte spierwitte marmer vandaan kunt halen. De zuilen van het Parthenon en van het Forum Romanum komen hoogstwaarschijnlijk hier vandaan. En menig artiest heeft hier rondgelopen op zoek naar het ideale blok materiaal voor het beeld in zijn hoofd. En vervolgens zijn er ook weer heel veel blokken afgekeurd toen hij er eenmaal aan begon te werken en in het binnenste toch vervuilingen en/of barsten vond.
Marmara Adasi is met twee bergruggen tot 750 meter hoogte groot genoeg om een hele hoop marmer te bevatten, maar toch zijn de littekens in de bergen groot en opvallend. Het begint met grote velden puin lager op de helling en daarboven dan vaak grote egale vlakken waar hele blokken marmer recht uit de helling gezaagd zijn. Zo'n veld eindigt dan vaak bij een natuurlijke breuk in het gesteente. Sommige groeven lijken helemaal verlaten, bij anderen stijgen nog grote stofwolken op ten teken van activiteit.
Saraylar, met de Keizersborg uit Delfzijl in de haven.
De enige haven aan de noordzijde van het eiland is Saraylar. Het stadje staat volledig in dienst van de marmerwinning en al van ver zie je de stofwolken dwarrelen op de hellingen, maar ook in de straten door het vele vrachtverkeer en in de haven waar schepen met marmerpuin worden geladen voor verdere verwerking tot geperste tegels en vensterbanken.
We hebben hier kort aangelegd in de haven om uit te zoeken hoe hier de veerdienst verloopt naar het vasteland tegen de tijd dat we het schip achterlaten op het eiland en naar huis gaan. De haveningang is spectaculair: de havenhoofden bestaan helemaal uit grote blokken marmer en op de havenhoofden, maar ook op de kades, staat het vol met halve beelden die door artiesten afgekeurd en verlaten zijn. Nog nooit een stad gezien met zoveel beeldende kunst!
wel een stijlvolle ligplaats, niet?
Overigens: hier voerden we strijd tegen een ongewenste verstekeling: een of meerdere muizen, waarschijnlijk afkomstig uit de oude stapel visnetten die in Asmaliköy voor onze voordeur lagen. Binnen 2 dagen hadden deze gasten alles in onze etensvoorraaden aangevreten, of het nu aardappelen, worteltjes, dozen chocolade of wat dan ook was. Een speciale voorliefde toonden ze voor tomaten en een speciaal soort kleine erg zoete groene pruim. Op een ochtend waren de pruimen zelfs van de fruitmand op tafel verdwenen. Juul vond ze een paar uur later in de slaapkamer onder haar bed terug.
beeldende kunst te over
Nou dat deed de deur dicht en in Saraylar zijn we op zoek gegaan naar effectieve wapens ter bestrijding. Gewapend met vervaarlijke vallen, dozen met gif en tubes muizenlijm (echt waar!) kwamen we weer aan boord om de strijd met deze indringers aan te gaan. Alle etenswaren werden verwijderd en opgeborgen in stevige plastic dozen en op 3 plaatsen in het schip werd groots uitgepakt met vallen met chocolade, platen karton met lijm en in het midden een stuk tomaat en vooral bakjes met giftige korrels.
Vervolgens hebben we Saraylar weer verlaten en onze langzame tocht rond het eiland voortgezet. Vlak voor Cinarli aan de westkant hebben we het anker laten vallen in een prachtige baai om te lunchen. De baai bleek toch dieper dan gedacht (maar ja, de dieptemeter deed het weer een keer niet) en voordat we de lunch ophadden bleken we 130 meter afgedreven te zijn met een anker dat 30 meter onder de boot bungelde. Even verderop, pal voor het dorp Cinarla hebben we het nog eens geprobeerd, maar het schip heeft de vervelende neiging om voor anker dwars op de golven te gaan liggen als het weinig waait. En die deining is genoeg om daar toch permanent van te gaan rollen en op den duur zeeziek van te worden. Dus vlak voor de schemering zijn we nog een keer 1,5 km verkast en in een werkhaven gaan liggen om in ieder geval rustig te kunnen slapen. Die avond scoorde de muis zijn eerste punt: 1-0. We hoorden een van de vallen dichtklappen, maar geen muis erin!! Die nacht hebben we hem in het ruim ook fanatiek horen knagen, zo van: pak me dan als je kan!!

De volgende ochtend had een vervelende verrassing voor ons in petto. Ook in deze haven lagen we voor anker, maar dan met het hek tegen de kade. 's Avonds laat was er nog een visser binnengekomen die zijn anker had laten vallen en net als wij met zijn hek tegen de kade lag. Het enige probleem: hij had dus wel zijn anker over het onze heen gegooid en toen ik ons anker ophaalde zaten die twee danig in elkaar verward.
Leuk is dat: in een overvolle haven, aan lager wal  en dan verstrikt in ankers en ankerlijnen. Terwijl ik in de Zodiac onder de boeg de ankers uit elkaar probeerde te halen, probeerde Juul het schip dat alle kanten opging vrij van andere schepen te houden. Pas toen we het schip hadden vastgelegd aan een werkschip, slaagden we erin de ankers uit elkaar te halen. Het zijne hebben we op een totaal andere plek laten vallen dan waar we het omhoog takelde, maar na een half uur gedoe kon ons dat niet zoveel meer schelen en we zijn vertrokken.
Port Marmara vanuit zee
Port Marmara is maar 6 km verder en het administratief centrum van het eiland. We meerden af aan het lange havenhoofd vlak voor de uitgang omdat de hele haven tjokvol lag. Het stadje is leuk en heeft vele faciliteiten, maar de haven is de smerigste die we ooit gezien hebben. Deze kon zelfs wedijveren met Zonguldak en dat wil wat zeggen. En toen dan ook nog 's avonds een havenmeester TLR 30 kwam ophalen voor deze vuilnishoop besloten we de volgende ochtend door te varen. 's Nachts ging de muis onverdroten verder met knagen en liet zich niet zien in de buurt van vallen en plakpapieren. Je zou zeggen dat ie nu toch wel honger zou moeten krijgen, maar de gifkorrels zien er onaangeroerd uit.
aan de kade in Erdek
Vanuit Port Marmara zijn we tussen een paar eilanden door naar Erdek, op het zuidelijke vasteland, gevaren. Een gezellig stadje waar we op een van de drukste plekjes aan de kade konden afmeren. Opnieuw moesten we TLR 30/nacht afrekenen, maar dit keer zat daar wel elektriciteit en volop water bij. Uiteindelijk hebben we daar 5 nachten gelegen, wachtend op het voorspelde slechte weer. Dat kwam pas na 3 dagen, maar vervolgens heeft het wel 2 dagen lang geregend. Het is de lang verwachtte weersomslag. Weg zijn ineens de hoge dagtemperaturen en zwoele avonden. Overdag wordt het niet warmer meer dan 22 graden en zodra de zon onder is is het gewoon koud, zo'n 16 graden.
de lokale markt is zo'n 2 km lang
In Erdek hebben we driftig geïnventariseerd wat we nog allemaal nodig hebben voor de rest van ons verblijf en dat zoveel mogelijk hier gekocht. Dadelijk, op Marmara Adasi is nauwelijks nog iets te krijgen.

Uiteindelijk zijn we op donderdag 20 september uit Erdek vertrokken op weg naar Karabiga dat zo'n 50 km naar het westen ligt, vlak bij het begin van de Dardanellen. En onderweg maakten we een van de leukste dingen mee op onze reis tot nu toe. Plotseling zagen we een eenzame dolfijn een paar honderd meter voor de boot. De volgende keer dat hij opdook was hij slechts 50 meter van de boot verwijderd en het volgende moment zwom hij gezellig met ons mee op onze boeggolf.

even springen
Nou hebben we wel vaker dolfijnen gezien, maar a: nooit alleen en b: altijd verder weg. Zodra je aanstalten maakt naar ze toe te varen zijn ze weg. De allereerste keer dat we ze zagen was tijdens die storm op de Zwarte Zee, alleen hadden we toen niet zoveel aandacht voor ze!!
hoe vond je m'n kunstje?
Maar zo'n enorm beest vlak onder je boeg, schijnbaar moeiteloos met je meezwemmend, is toch wel indrukwekkend. Lang leve de autopilot, dus wij stonden samen te genieten op de boeg en naar elkaar te kijken. Want dat doet hij: constant is dat rechter oog op je gericht en hij houdt je nauwlettend in de gaten. Ineens schiet hij weg, springt rechts even uit het water en schiet vervolgens weer terug in de boeggolf en kijkt zo van: was dat niet knap van mij?? Hup, weg is hij weer, springt dit keer links uit het water en is direct weer terug. En zo hield hij dat zeker 5 minuten vol waarna hij zich achter de boot liet zakken, nog een keer sprong en vervolgens verdwenen was. Een heerlijke ervaring!

Karabiga is nauwelijks de moeite waard. Een grote overslaghaven met een hoop herrie en een kleine vissershaven met zo mogelijk nog meer herrie op de meest onchristelijke tijden. Toch moesten we daar 2 nachten blijven i.v.m. het overtrekken van een regengebied.

haven van Karabiga, links de tonijnvisser
even een visje verschalken
We lagen aan de buitenkant van de pier die de vissershaven beschermt en dat ging nog wel de eerste nacht, maar de volgende ochtend zorgde het naderende regengebied voor zoveel deining dat we nauwelijks nog konden lopen op het schip. We hebben het dus losgemaakt en zijn vervolgens, op uitnodiging van de bewaker, in de luwte van een grote tonijnvisser gaan liggen.
Natuurlijk werden we direct weer uitgenodigd voor de thee, en vervolgens gaf Hasan ons een heel college over de tonijnvisserij inclusief een bezichtiging van het schip. Wisten jullie dat er maar 1 maand per jaar op tonijn wordt gevist?? En de overige 11 maanden ligt dit kapitale schip van 150 miljoen euro dus werkeloos in een haven. Nou schijnt een enkele tonijn zo'n 15.000 euro op te brengen (die weegt dan wel tegen de 700 kg.) dus het is blijkbaar nog steeds rendabel. Belangrijkste markt? Japan natuurlijk.
de merkwaardige ruïnes van Kale Burun
We hebben een heel rustige nacht tegen dit schip doorgebracht en de volgende ochtend (22 september) was het weer mooi en stralend. Een prachtige dag om op ons gemak terug te varen naar Asmaliköy.
Het wordt tijd dat we spijkers met koppen gaan slaan voor onze overwintering!!

Trouwens: we hebben al 3 nachten geen muis meer gehoord EN er is stevig van de muizenkorrels gesnoept. Wie het laatst lacht, lacht het best!!!

dinsdag 18 september 2012

De Zee van Marmara

Niet te geloven! Ik krijg tegenwoordig op m'n donder als een aflevering van de blog langer dan een week op zich laat wachten!!
Nou, daar gaat ie dan Mieke, alhoewel, weinig sensatie deze week. Zowel boot als bemanning hebben besloten dat er slechts zóveel sensatie in één vaarseizoen kan gebeuren. Dus sedert onze doortocht van de Bosporus hebben we het wat kalmer aan gedaan.

de skyline van Istanbul (zuidelijk Bosporus ingang)
Waar waren we gebleven? O ja, Bosporus, de scheiding tussen twee continenten.

Wij zijn werkelijk in (Klein) Azië geweest met ons eigen schip!! 


oud en nieuw langs de Bosporus
Maar ook, de breuklijn tussen twee aardschollen, het Europees continentaal plat en het Aziatisch continentaal plat. Hier zijn oerkrachten aan het werk die die 2 schollen langs elkaar laat bewegen met donderend geweld. Herinnneren jullie je nog de beving van 1999? Dat was in Izmit, bij de zuidelijke ingang van de Bosporus slechts 80 km. van ons vandaan. Grote verwoesting en vloedgolven waren het gevolg. De heuvels boven Izmit werden in een klap 50 cm opgetild en de stad zelf werd 40 cm naar het westen verschoven. Delen van de zeezijde van Izmit zijn permanent onder water verdwenen. De ramp kostte 13.000 Turken het leven.
Dat is dus de omgeving waarin we varen. Waar waarschuwingen op de zeekaarten staan dat de situatie van de zeebodem onzeker is dank zij deze geologische activiteiten. Gelukkig hoeven we daar met onze diepte niet zo heel veel zorgen over te maken.

wereldberoemde monumenten
Maar die dag hield de bodem zich rustig. Helaas was het weer niet daverend, veel bewolking, geen zon, redelijk veel wind, en veel tegemoetkomende scheepvaart, dus we moesten vooral aandacht besteden aan de navigatie. Ik ben bang dat de foto's van onze Bosporus doorvaart niet echt spectaculair zijn.

De place-to-be voor buitenlandse jachten is de Ataköy Marina, vooral doordat 90% van de jachten hier hun inklaringsprocedure doet. Ataköy is zich daar wel van bewust dus rekent ook een schandalig hoog tarief om daar te mogen liggen. Nou was er niet echt een noodzaak om naar Ataköy te gaan, aangezien wij al waren ingeklaard in Eregli na onze snelle overtocht (zie "de Turkije Expres") vanuit de Donau-delta. Echter: onze Amerikaanse vrienden van "Angel Louise", die we niet meer hadden gezien sinds Belgrado, zouden in Ataköy vertoeven en we wilden hen nog graag een keer zien voor het einde van het seizoen.
de "Angel Louise" in Ataköy,
de enige 'echte' Amerikaan in de haven.
Dus de haven gebeld en jawel: zij hadden plaats voor het luttele bedrag van €92/nacht: een nieuw absoluut record voor "Vaarttuig"!!
Na opgevangen te zijn door de dinghy-ploeg van Ataköy die je vakkundig helpen bij het aanleggen tussen al die andere (would-be) buitenlandse jachten zijn we Ed en Sue gaan opzoeken.  Het werd een hartelijk weerzien en die middag en avond hebben we heel wat besproken en ervaringen uitgewisseld. Ook zij zijn in een keer de Zwarte Zee overgestoken, echter niet in een storm zoals wij!

Wisten jullie overigens dat Ataköy de hoofdstad van Delaware (USA) is? Alleen al in onze rij zagen wij op meer dan 50% van de meestal gloednieuwe jachten de Amerikaanse vlag wapperen met als thuishaven "Delaware" (of "Dellaware" zoals op 1 schip vermeld stond). Het moge duidelijk zijn dat het hier om een (legale) belastingontduiking gaat. Door het schip in Delaware te registreren betalen ze daar nauwelijks belasting en ontduiken ze de hoge Turkse belasting op plezierboten. De Turkse wet vindt dat natuurlijk niet prettig en probeert met allerlei regelgeving hier paal en perk aan te stellen, maar treft daarbij vooral de nietsvermoedende buitenlander die volstrekt legitiem met zijn jacht in Turkije wil verblijven.

Ataköy wordt door de meeste Pilots en op Internet aanbevolen als "de haven" om naar toe te gaan. Die mening zijn we na ons bezoek niet toegedaan. We weten niet hoe de andere havens zijn, maar Ataköy vonden wij kil en onpersoonlijk.

  • Je bent boot nr.zoveel en je wordt efficiënt geholpen, maar zonder aandacht. Niet boot of bemanning maar hun taak staat centraal. Is die volbracht dan ben je afgewerkt.
  • Toen wij om middernacht voor een gesloten poort stonden omdat het pasje wéér niet werkte, werd Juliette bestraffend toegesproken door de nachtwacht omdat ze tegen de poort geschopt had. Niet vragen naar het probleem en je helpen, nee, standjes uitdelen. Nou, dan was hij bij de heldin van Braila toch aan het verkeerde adres!
  • Je schip is er ook niet in goede handen. Naast ons lag een grote Princess waar blijkbaar tijdens een storm de tent van kapot gewaaid was. Het lag er troosteloos bij, de tent finaal aan flarden en de regen had vrij spel in het interieur. Je zou in zo'n haven verwachten dat er toch iemand met een rol ducttape zou komen om in ieder geval de boel waterdicht te maken. Je zult je schip hier maar in winteropslag hebben!!
  • Voor negen uur uitvaren is uitgesloten. De dames van de receptie arriveren pas om 09:00 (correctie-09:15). Wanneer je denkt daar met je plastic te kunnen betalen? Nee hoor. Het proces is dusdanig ingericht dat alle betaling in het Payment Office worden verricht. Dus na wachten en bezoek aan de Receptie, moet je vervolgens naar dat Payment Office (je wordt per auto gebracht) waar een volstrekt ongeïnteresseerde juffrouw 10 minuten met je bezig is alvorens de betaling is gebeurd. Ik had echt het gevoel bij de politie te zitten en een boete te betalen om mijn weggesleepte auto terug te krijgen.


Wij hebben Ataköy dus haastig verlaten. Het neveneffect daarvan is dat je dus ook Istanboel weer verlaat zonder daar ook maar iets van gezien te hebben, maar je hebt eigenlijk geen optie. Er zijn andere havens in Istanboel en ook particulieren verhuren plekjes, maar dat ligt allemaal in dezelfde prijscategorie. Sterker nog, Ataköy ligt eigenlijk al buiten de stad, onder de rook van Atatürk Airport. Als je een haven dichter bij de stad neemt wordt het alleen maar duurder. Natuurlijk willen we Istanboel zien, maar dat doen we wel als het schip ergens opgeborgen ligt met een (lang) weekend trip in een appartement of hotelletje.
onze buurman in Guzelçe
Onze volgende stop was 30 km naar het westen, Guzelçe Marina. Ook een prima jachthaven, maar met een tarief van €30/nacht aanzienlijk beter te hebben. Zeker omdat we hier weer een aantal dagen moesten verblijven vanwege een naderende storm vanaf de Zwarte Zee. Jazeker: zelfs hier achtervolgt die Zwarte Zee ons nog! En ook hier weer oude bekenden! De Duitse Catamaran "Enapay", die we voor het laatst zagen in Boedapest, ligt hier ook en Angelika stond al enthousiast te zwaaien toen we ook hier door de havenmeester  naar onze ligplaats begeleid werden. Opnieuw een enthousiast weerzien en vele verhalen te vertellen, zeker toen Norbert 's avonds laat zich bij ons voegde na een dag door de Turkse bureaucratie gepest te zijn bij het inklaren. Maar ook zij zijn nu legaal in Turkije!

Afscheid van de "Enapay"
Drie dagen hebben we doorgebracht in Guzelçe. De wind wakkerde op een moment zover aan dat we een 50 meter lange lijn naar de tegenover liggende kade moesten spannen om te voorkomen dat het schip met de boeg tegen de kade werd gedrukt. Maar intussen scheen wel de zon en werd het gewoon 30 graden, dus het buitenleven gaat gewoon door.
In onze gesprekken met "Enapay" hadden we het vooral over: wat nu, hoe gaan we de winter doorbrengen. Norbert en Angelika hebben huis en haard verkocht en willen op het schip blijven in de winter. Zij blijven weliswaar niet varen, dus zoeken zij een ligplaats voor 5 maanden in deze buurt waar ze (Turkse) vrienden hebben die hen met van alles helpen. Een van deze vrienden suggereerde op een moment dat hij nog wel een mooie plaats voor ons wist, op Marmara Adasi, een eiland vlak voor de Dardanellen. Aangezien dat eiland toch al op onze route stond wilden wij daar wel eens gaan kijken en ter plekke nam hij onze telefoon, belde het hoofd van de Vissers Coöperatie in Asmaliköy en regelde een plek voor ons. Dat vonden wij wel erg voortvarend, maar we gaan toch kijken. Temeer omdat ook Henk B. dit eiland en dat haventje beschreef als "de heerlijkheid Asmaliköy".
het dorpje Asmaliköy op Marmara Adasi
Zo gezegd, zo gedaan en op zondag 9 september namen we afscheid van de "EnaPay" en haar bemanning en begonnen aan onze tocht naar Asmaliköy, 82 km in een rechte lijn over een redelijk gekalmeerde zee. Alles zat mee, de rugwind, de golfrichting (ook in de rug) het zonnetje en het verkeer in de shippinglanes van de Dardanellen naar de Bosporus v.v. Met slechts een minimale correctie om een aanstormende tanker te ontwijken zijn we die zonder zorgen overgestoken, vooral dankzij de AIS die ons opnieuw feilloos op de hoogte hield van richting en snelheid van de schepen in onze omgeving.
Asmaliköy is inderdaad een plek om direct verliefd op te worden. Het ligt in een heerlijke baai aan de zuidzijde van Marmara Adasi en is  uitstekend beschermd tegen de heersende N-NO winden. Bijna alle oude houten huisjes uit de herinnering van Henk en Diny zijn helaas verdwenen en vervangen door niet altijd even geslaagde appartementengebouwen waar hele families uit Istanboel hun vakanties in doorbrengen. Ook de oude kade is vervangen door een compleet nieuwe, eentje die nu het hele haventje omvat, mooi is uitgevoerd  en aan de oostzijde is voorzien van een brede sliphelling waar met vereende mankracht de vissersbootjes tegenop gesleept worden. Aan het uiterste einde van die kade, aan de zeezijde tegenover het dorpje, hebben we het schip vastgemaakt met behulp van een visser die uit het niets verscheen en weer even snel verdwenen was.
havenhoofden van massief marmeren blokken
Nog geen half uur later verscheen Javit, een Duits sprekende Turk die het grootste deel van zijn  leven in Duitsland gewerkt heeft en nu met een gesplitst gezin leeft. Een deel is mee teruggegaan naar Turkije, een ander deel is Duits geworden en woont en werkt daar nog steeds.
Vier nachten hebben we in dat haventje gelegen en intussen de nodige mensen leren kennen. Met Yaooz, het opperhoofd van de Coöperatie, hebben we de nodige çay's (Turkse thee) gedronken en met Javit als tolk gepoogd de winterplaats te regelen. Daar zitten nogal wat haken en ogen aan. In het kort komt het erop neer dat buitenlandse jachten alleen mogen overwinteren in havens die een certificaat hebben van het Ministerie van Toerisme. Helaas omvat de gepubliceerde lijst van deze havens uitsluitend de bekenden zoals Ataköy en nog een 12 -tal andere extreem luxe en dure havens die gewoon buiten ons budget liggen. De enige vraag die ik voor Yaooz had was: kun je aan dit certificaat komen, of een vrijstelling daarvan?
Uitzicht op zee en het vastenland
vanaf het achterdek.
Met die vraag is hij op een ochtend naar Port Marmara gegaan om daar te overleggen met het opperhoofd van de havendienst op het eiland. Toen hij terugkwam, op mijn verjaardag, verklaarde hij "No Problem" en daar hebben we dus een biertje op gedronken. Maar wat hij nu precies geregeld heeft is ons nog steeds niet duidelijk. Helaas betekent dat "no problem" vaak dat hij er geen probleem mee heeft, maar of dat ook voor ons geldt??
We hebben wat afspraken gemaakt die er op neerkomen dat wij gezamenlijk met Yaooz nog een keer naar Port Marmara afreizen om e.e.a. definitief vast te leggen en dan pas weten we zeker of we hier kunnen blijven dan wel naar een andere plek moeten omzien.
Voorlopig zijn wij op donderdag 13 september weer vertrokken uit de heerlijkheid Asmaliköy om het eiland en het omringende vasteland verder te verkennen. De bedoeling is om eind september hier weer terug te keren, dan de definitieve regeling in Port Marmara te maken en daarna het schip definitief op zijn winterplek te leggen. Een prachtige plek aan de nieuwe kade, tegenover het kantoor van de Coöperatie zodat er permanent toezicht is. Te mooi om waar te zijn?
We wachten af........

zaterdag 8 september 2012

Van Kefken naar de Bosporus

De vorige blog had ik eigenlijk al afgesloten alsof we al in Kefken waren. Die trip wilden we op donderdag 30 augustus maken en we verwachten daar geen issues mee.
Dat was dus een schromelijke onderschatting en toont maar weer eens aan dat je je nooit mag laten misleiden door gunstige omstandigheden: die kunnen in 10 minuten tijd omslaan!.

het is echt wel mooi op de Zwarte Zee!
Gelukkig hadden we wel alle voorbereidingen getroffen. Op de route stonden diverse vluchthavens aangegeven, alles was zeevast opgeborgen, de Zodiac was met extra lijnen vastgezet tegen slingeren en kabelbreuk en in de stuurstand stonden de koffie, water en lunch klaar.
We vertrokken om 06:30 uit Eregli na 4 dagen daar verwaaid te hebben gelegen. Als de víssers het kunnen, kunnen wij het ook! De zee was nog niet helemaal gekalmeerd maar de deining was om te hebben en we konden zelfs de koers varen die voor ons het gunstigst was. Dus zijn we rollend op pad gegaan.
gevalletje verzekering?
Om 09:15, Juliette was in de kajuit, hoorden we ineens het geluid van een zware crash. De laatste 15 minuten waren wat onrustiger, maar we hadden net besloten de vluchthaven van Akçacoca voorbij te varen. Toch waren die 15 minuten onrust blijkbaar net teveel geweest voor een van de davits waaraan de Zodiac hangt want nadere inspectie naar de oorzaak van de crash leerde dat die davit finaal was afgebroken van de console op het schip. Gelukkig, gelukkig hadden we alle voorzorgen genomen en ten tweede malen hing de Zodiac aan zijn landvasten en slingerlijnen aan de achterkant van het schip, waar nu ook de davit dwars overheen hing.
helpertjes.....
Ik had toch al geschreven dat tijdens de storm die ons in Turkije bracht een kabeloog had losgelaten? Waarschijnlijk heeft de Zodiac toen uren alleen aan de davit gehangen die nu afgebroken is. Ik moet er niet aan denken dat dit gebeurde tijdens die storm!!
Maar goed, hiermee konden we niet verder, dus alsnog de koers verlegd naar Akçacoca waar we om 09:40 binnenliepen.
En daar overkwam ons het "Turkse Mirakel"......

de tussenplaat
We vroegen een Turkse visser in de haven of we in de haakse bocht van de kade konden liggen zodat we makkelijk bij de Zodiac konden komen. Toen hij die erbij zag hangen, maakte hij acuut die hoek vrij, en voordat we de lijnen klaar hadden liggen stonden er al 3 man klaar om die op te vangen. We lagen nog niet vast of er stond al iemand op de zwemplank te trekken aan de lijnen en kabels om de Zodiac los te maken en ik kon maar ternauwernood voorkomen dat er ongelukken gebeurde. Met de hulp van de havenmeester die ook ten tonele verscheen en een beetje engels verstond konden we wat orde scheppen in al die bereidwilligheid en stond om 09:50 de Zodiac al op de wal en was de davit losgemaakt.
het Turks Mirakel in actie!
Wat bleek: tussen de RVS voet van de davit en de stalen console op het schip zit een tussenplaat. Daarop zitten de 6 draadeinden waarmee de davit wordt vastgezet en de tussenplaat zit vastgelast op de stalen console. E.e.a. dient ervoor om corrosie tussen RVS en staal tegen te gaan. Prima oplossing, niks mis mee, MITS die plaat goed vastgelast zit. En dat was dus niet het geval. De hele las was afgebroken en de rups zat nog op de tussenplaat. Niets van een las te zien op het console op de boot. Een mail met foto's en een haastig telefoongesprek met Smelne bevestigde het hele verhaal maar dit hadden ze nog nooit meegemaakt ( moet ons weer overkomen). De oplossing die zij voorstelde was om de davit rechtstreeks op het console te schroeven door 6 gaten te boren en daar M8 in te tappen.
warm klusje!
Dus onder het bed gedoken in de gereedschapskisten en zowaar: ik had de boren en de tappen om M8 draad te maken en ik had ook nog 6 RVS M8 bouten om de boel mee te monteren.
Toen ik daarmee bovenkwam was het aan het legertje Turkse vissers dat daar intussen stond duidelijk wat er moest gebeuren en in no-time kwam er iemand opdagen met een boormachine (kon helaas alleen kloppen) en nog iemand met een boormachine (helaas alleen snelkoppelboren) en nog iemand met een boormachine die wél aan alle voorwaarden voldeed. Vervolgens was er ook een man die zich voorstelde als een werker op een scheepswerf, die de boormachine en boren claimde en zich vervolgens aan het boren zette. Ik mocht nog net draad tappen in het eerste gat, maar toen stond er een tweede turk die dat van me overnam en vervolgens de andere gaten van draad voorzag. Ik heb nog snel wat epoxy aangemaakt en toen alle gaten getapt waren de boel schoongemaakt, dik ingesmeerd met epoxy en vervolgens de davit met de 6x M8 bouten vastgezet. Die gaat nergens meer naar toe!
het eindresultaat!
Het was 09:40 toen we de haven binnenliepen en om 13:00 hing de Zodiac weer in de davits alsof er niets gebeurd was. En dat noemen wij het Turkse Mirakel. Ongelofelijk!!

De mannen verdwenen net zo snel als ze gekomen waren. We konden de twee echte werkers nog net een pak stroopwafels in hun handen drukken maar ook die waren zo weer weg.

Het was intussen te laat om nog verder te varen, dus zijn we in Akçacoca blijven overnachten om de volgende ochtend om 06:45 verder te varen naar Kefken waar we zonder incidenten aankwamen.
De volgende ochtend zijn we op het randje van de volgende windperiode nog naar Sile gevaren, maar daar kwam dan toch echt een eind aan 3 dagen voorspoed en geluk met het weer. Om 11:00 (op 1 september) kwamen we met zware bewolking en Bft. 6 in de rug net op tijd binnen en moesten vervolgens tot woensdag 5 september wachten alvorens we deze laatste haven voor de Bosporus weer konden verlaten.
de haven van Sile
Sile was niet echt een straf. Die zaterdag was onze 39e trouwdag en dat hebben we die avond gevierd in een visrestaurant aan de haven. Helaas was de bijbehorende witte wijn te zuur, te warm en te duur, maar de vis was prima. Sile zelf ligt tegen de heuvels aangeplakt en is druk en gezellig en ook hier, onder de rook van Istanbul, spreekt geen mens engels. Wat wel leuk is: soms tref je Turken die op de vraag of ze engels spreken redelijk heftig reageren: Ik ben een Turk in Turkije en ik spreek Turks. Met andere woorden: verrekte vreemdeling, waarom spreek jij geen Turks? Misschien een les voor alle Turken in Nederland????
werken aan de netten
Voor de rest alleen maar lof voor de mensen. Een gepensioneerde kolonel van de luchtmacht kwam zich voorstellen en heette ons welkom met een watermeloen. Een visser zag ons eten en kwam met een dot oud visnet en deed ons voor hoe dat te gebruiken als schuurspons in de afwas. En we konden helemaal niet meer kapot toen ik 2 uur had zitten werken aan een van hun netten. Ik werd uitgenodigd om mee te gaan eten (niet gedaan), kreeg vervolgens 2 flesjes bier en de volgende dag werd ons een zakje verse vijgen aangeboden.
Sile achter de branding
Op een middag hebben we een verre wandeling over het strand gemaakt en in de branding gestaan veroorzaakt door de kracht 6-7 winden die pal op het strand stond. Dat zijn toch heel aardige golven die daar binnen komen rollen en we waren blij dat we niet op zee zaten.
afscheid van de vissers
De avond van 4 september heerste er een zenuwachtige bedrijvigheid op de kade en bij de bootjes. Iedereen maakte zich klaar om die avond of de volgende ochtend te vertrekken. Ook onze vrienden de vissers scheepten zich in en vertrokken en ook wij maakten ons schip klaar en gingen vroeg naar bed.
Met zonsopgang, om 06:25 gooiden we los, haalden onze mishandelde lijnen binnen (die zien eruit!) en voeren uit. We hadden ons voorbereid op een heftige ochtend en dat was niets te weinig. De golfrichting was erg ongunstig en we moesten dus 2x kruisen om weg te blijven van de kust. Dat was beide malen maar 10-15 minuten maar behoorlijk heftig tegen wind en golven in.
eindelijk......de Bosporus
Tegen 10 uur rondde we de laatste kaap voor de noordelijke ingang van de Bosporus en konden we eindelijk een meer zuidelijke koers varen waardoor we wind en golven in de rug kregen. Om 10:15 waren we ter hoogte van Poyraz en veilig in de Bosporus.

De Zwarte Zee ligt eindelijk achter ons!!!

maandag 3 september 2012

van Kefken naar Kefken.

De storm had ons dus in 37 uur dwars over de Zwarte Zee geblazen waar we eigenlijk verwacht hadden om toch minimaal een week, zo niet 10 dagen er over te doen om van Saint George naar de Bosporus te komen via de kustplaatsen aan de Roemeense en Bulgaarse kust.
Maar: "Elk nadeel heb z'n voordeel" zoals een bekende Nederlander ooit gesteld heeft en dat deed ook hier opgeld. Het is alweer half augustus en als je je geluk niet al teveel op de proef wilt stellen, dan zorg je dat je half september van de Zwarte Zee af bent. Als we de geplande route afgewerkt hadden, was het al bijna eind augustus geweest voor we met de verkenning van de Turkse Zwarte Zee kust waren begonnen en nu hadden we zomaar 10 dagen gewonnen.
Zeldzaam, een vlakke Zwarte Zee!
Toch was het pas woensdag 15 augustus toen ook wij weer voldoende hersteld waren om de volgende etappe te beginnen. Op dinsdag hadden we Kefken verkend, maar om eerlijk te zijn: een schattig klein dorpje met vreselijk vriendelijke mensen, maar er is geen snars te doen.
Dus woensdag liep de wekker weer af om 05:00 uur, want een ding hebben we intussen geleerd over de Zwarte Zee: Varen doe je vroeg in de ochtend en je probeert om 12 uur, uiterlijk 14:00 uur in een haven te zijn want dan waait het weer en neemt de deining toe.
Die dag ging het naar Eregli, 120 km naar het oosten en we hadden zeldzaam geluk: een zee als een biljartlaken, een strak blauwe hemel en een stralende zon. Nog belangrijker: een reis zonder incidenten!

ultra moderne Moskee: Akçacoca
Turkije eist van toeristen een visum, maar dat kun je gelukkig gewoon in Turkije zelf krijgen. Turkije vraagt ook voor de boot een Transit Log en daarvoor moet een hele procedure worden doorlopen bij grenspolitie, douane, Kustwacht en Gezondheidsdienst. Lijkt heel veel op de Bulgaarse procedure die ik al eens beschreven heb. Negentig procent van de jachten doet dit in Istanbul waar het een procedure is van twee dagen, wij besloten dat in Eregli te gaan doen. In de haven van Eregli maakten we vast aan de kade bij het tankstation en werden vervolgens direct besprongen door een aantal mensen. Van het tankstation die wilde weten of we wilden tanken. Door een juffrouw met een bloknoot die maar bleef roepen dat ze parkeergeld wilde hebben: 50 lira, riep ze alsmaar. Door mensen die wilden weten wat voor motor in het schip ligt EN door een engels sprekende meneer die wilde weten of we al onze papieren hadden.
"Nee" antwoorde ik hem, ik moet nog inklaren. "Dan mag u nog niet van boord af" verklaarde de man. "Fifty Lira" riep de juffrouw, "do you want diesel" riep de man van het tankstation. Om gek te worden!!!

Ik heb de man van de papieren aan boord genomen, de juffrouw via hem afgepoeierd en de dieselman gezegd dat ik diesel wilde, maar dadelijk.
Aan boord wilde de papieren man al direct paspoorten hebben en kopieën van alle documenten over de boot, maar ik wilde eerst weten wie of wat hij nou was. Uiteindelijk bleek het een z.g. Agent te zijn. Die nemen het inklaringsprobleem van je over en sjouwen alle instanties af om de benodigde stempels te verzamelen. Het is een commerciële bezigheid, maar toch met een zekere mate van vertrouwen bij de instanties. Uiteindelijk worden ze op hun woord geloofd wanneer ze beweren dat het jacht "Vaarttuig" daadwerkelijk in de haven ligt. Je weet dat ze je een poot uitdraaien, maar van de andere kant is het ook zo dat zij in een halve dag regelen waar jij zelf twee dagen voor nodig hebt en dat je zelf lekker aan boord kunt blijven zonder stress.
En zo geschiedde. De man verliet de boot met alle papieren en ik ging diesel tanken en weer praten met de juffrouw van de 50 Lira die ik niet betaald heb, en met een brandweerman die Nederlands sprak, en met de dieselman  over het weer en de ligplaats en met ........ Turken zijn zo verschrikkelijk nieuwsgierig!!

Voor ons lag een Engels jacht, een tweemaster, de "Sea Griffin" en plotseling stonden Neil en Pat(ricia) voor ons. We hebben iedereen weggestuurd en zijn gevieren aan boord van Vaarttuig gaan kennis maken. Daarna zijn we samen in de stad gaan eten, het verbod niet van boord te gaan volkomen negerend en zijn daarna nog meer gaan praten aan boord. De Sea Griffin vaart al voor het tweede seizoen in de Zwarte Zee en Neil en Pat konden ons verschrikkelijk veel vertellen. Hadden we e.e.a. maar eerder geweten!

Duo List en Bedrog: prima werk, maar veel te duur!!
De volgende ochtend vertrok de Sea Griffin richting oosten en wij wachtten tot 13:00 toen de Agent, ditmaal met baas, aan boord kwam met alle benodigde papieren en een gepeperde ongespecificeerde rekening. En wat zit daar dan allemaal in? Nou..., visa, transit log, harbour (dus ik heb die 50 Lira toch betaald!@#$), agent fee en facilitating, you know...... Nou, I don't know, maar heb het vermoeden dat het meeste van de facilitation in hun eigen zak is terecht gekomen. Niettemin, we hebben een veel te hoog bedrag betaald, wel minder dan dat ze vroegen en hebben ze zonder koffie weggestuurd.
Hoeveel Turken zijn er nodig voor een SIM kaart?? 
Direct daarna hebben we de boot voor anker gelegd in de baai om de juffrouw met het blocnote te ontlopen en zijn 's middags de stad in gegaan om een Turkse SIM kaart en een USB Internet stick te kopen voor de laptop. Volgens ons maakt het voor de mensen in Nederland niets uit of ze een Turks nummer bellen dan wel een Nederlands nummer in Turkije, maar ons scheelt het bergen geld. Via die USB stick bel ik nu over het Internet voor US$ 0,02/min naar een vast nummer in Nederland. Volgens mij is dat goedkoper dan in Nederland zelf!!

Op vrijdag 17 augustus hesen we 's morgens om 09:00 het anker voor een korte rit naar Zonguldak. Opnieuw overtrof de Zwarte Zee zichzelf en met het mooiste weer van de wereld liepen wij om 13:30 de haven van Zonguldak binnen. Wat een smeerboel! Het is een kolenoverslag haven en dat is ie al jaren dus alles is grijs en vuil en rokerig. Blijkbaar worden de mensen daardoor aangestoken want ook de rest van de haven is een grote smeerboel. Wat hier niet in het water drijft! Niet te geloven.
dolfijnen in de haven van Zonguldak.....
op zoek naar dit????
Dus de volgende ochtend wilden wij wel weg. Helaas was het weerbericht niet erg optimistisch, maar we besloten het toch te proberen, alles beter dan de viezigheid van Zonguldak. Maar het begon al niet goed; toen we om 07:50 losmaakten van het vissersbootje van Oer, kwam ik tot de ontdekking dat de GPS niet werkte. Dus een kwartiertje draaien in de haven om de computer te herstarten en toen pas naar buiten. Nee dus, de rollers waren veel heftiger dan verwacht en bovendien was een kopwind voorspeld die zou toenemen in de loop van de dag. Na 800 meter proberen zijn we omgedraaid en teruggekeerd en ditmaal hebben we vastgemaakt aan de steiger van de Kustwacht, tegen een vissersschip dat daar lag voor onderhoud.
Uiteindelijk hebben we daar 3 dagen liggen wachten. Twee keer per dag trokken we naar de kop van de pier om de zee in ogenschouw te nemen en gingen dan weer teleurgesteld terug. De plek waar we lagen was zo'n beetje het afvoerputje van de hele haven, verschrikkelijk de hoeveelheid rotzooi waar we inlagen en de vliegen die dat aantrok! Dus toen eindelijk de condities beter waren op dinsdag 21 augustus zijn we opgelucht vertrokken voor een kort ritje naar Filyos, een klein vissershaventje waar we weer een afspraak hadden met de Sea Griffin.
Sea Griffin voor de zonsondergang in Filyos
Het weerzien was als van oude vrienden en opnieuw hadden we elkaar vreselijk veel te vertellen en het was dan ook ver na middernacht dat Pat en Neil "Vaarttuig" verlieten waar we gedineerd hadden.
De volgende ochtend vertrokken zij naar het westen, aangezien ze half september in Varna (Bulgarije) moeten zijn. Wij zetten onze tocht voort richting oosten, naar Amasra waar we net na de middag aankwamen.
verse vis wordt direct afgeleverd aan boord!

Amasra is leuk. Het is een eeuwenoud stadje met overblijfselen van de Thraciërs, de Romeinen, Genuanen, Ottomanen en zo'n beetje verder alles wat ooit de Zwarte Zee kust heeft gekoloniseerd. Het ligt op een zadelrug tussen het vasteland en "Rabbit" eiland en in de haven ligt een prachtig strand dat ook heftig wordt gebruikt door vele vakantievierende Turken. Het is net Scheveningen.
Nadat ook de Kustwacht tevreden was over onze ankerplaats zijn we met de Zodiac aan wal gegaan en zijn uitgebreid door het stadje gaan wandelen, Het historisch besef moet nog groeien want oud en nieuw staat dwars door elkaar en onderhoud aan de oude stadswallen en fortificaties wordt niet gedaan. Alles is open en toegankelijk en iedereen klimt over alles en nog wat heen. Maar de sfeer is voortreffelijk, de bazaar is levendig en vol met troep die je niet nodig hebt maar leuk is om naar te kijken en de mensen opnieuw verschrikkelijk hartelijk en hulpvaardig (en nieuwsgierig).
de vriendjes die ons kwamen verwelkomen
Juliette drinkt tegenwoordig haar koffie uit een beker van Amasra, haar aangeboden door een ventje van een jaar of 12 die met een bootje en een vriendje naar het schip was geroeid om ons welkom te heten!
De dag daarna was wasdag. Amasra heeft namelijk een wasserette en daar hebben we dankbaar gebruik van gemaakt! Drie machines zijn er doorheen gegaan en tussendoor hebben we de voorraden aangevuld en allerhande klusjes gedaan.
Opnieuw waren de weergoden ons ongunstig gezind, want opnieuw stak de wind op en uiteindelijk hebben we opnieuw vijf nachten moeten wachten totdat de zee zover was gekalmeerd dat we weg konden.
Amasra is erg leuk, maar na 4 dagen heb je het echt wel gezien. We zijn nog naar de kapper geweest (€6,50 voor wassen en knippen), hebben wat overhemden gekocht en nog wat snuisterijen, maar aan het eind werden we toch echt onrustig. Wanneer elk stadje 4-5 ligdagen betekent, halen we het nooit tot Sinop en weer terug, want als een ding duidelijk is geworden: wij gaan dus niet overwinteren in de Zwarte Zee. Er zijn stomweg geen faciliteiten voor en het weer is veel te ruig om "Vaarttuig" hier in het water te laten.
aan het eind van de stapel in Eregli
Zondagochtend 26 augustus  haalden we dus het anker op om van een heel kleine weersverbetering te profiteren en als een haas richting Eregli te vertrekken, want we hebben besloten niet verder naar het oosten te gaan, geen tijd voor. Niks geen vlakke zee! Het water is behoorlijk warrig en onrustig en de rit dus weinig comfortabel, maar we komen zonder al te veel problemen weer aan bij de steiger van het tankstation. We hebben iedereen van ons afgeslagen, hebben diesel en water getankt en zijn vervolgens verkast naar de vissershaven. Reden: jawel een nieuwe storm op komst. Die hebben we uitgereden tussen de vissersboten die massaal naar binnen waren gekomen en in rijen van soms wel 10 boten aan elkaar de storm afwachten. Wij lagen aan de kop van zo'n rij en moesten dus over 9 schepen klimmen om aan de wal te komen.
Opnieuw 4 nachten wachten, opnieuw windkracht 7-8 onder een stralende zon met prima temperaturen, opnieuw de tijd doden. Morgen, donderdag 30 augustus, als het weer het toelaat, gaan we weer naar de plaats waar ons Turks avontuur is gestart: Kefken.