vrijdag 9 juni 2017

Albanië

Eerste etappe: naar Preveza


Het weer in Paleros: tijd om te vertrekken!
Op maandag 22 mei zijn we dan toch serieus met onze tocht naar het noorden begonnen. We zijn de dag begonnen met het veilig opbergen van de auto in een gesloten opslagruimte in de buurt om daarna de eerste etappe naar Preveza te varen.
Maar eerst nog even een afscheidskoffie op de White Wale gedronken, vervolgens snel de boot in orde gemaakt en om ongeveer kwart voor 10 losgemaakt om de brug in Levkas van 13:00 uur te halen.
Wel, die haalden we ruimschoots, al voor het kanaal heb ik de snelheid tot bijna stationair teruggebracht om niet veel te vroeg voor de brug te liggen. Samen met een Nederlandse zeilboot zijn we door de brug gegaan en, eenmaal buiten, met 1700 toeren naar het noorden. Natuurlijk stond er dwarswind en -golven en we gingen dus rollend naar Preveza, niet heel erg maar toch vervelend. Maar alles stond vast en we zijn zonder problemen aangekomen aan de kade, iets verwijderd van Utopia en Cosi die daar al lagen.
Nog voor de lunch (burgers bij Mythos) was Victor al langsgekomen om de was op te halen; 2 grote balen. Na de lunch kwam hij nogmaals langs, dit keer met de dieseltruck en hebben we 95 liter in de tank en 20 liter in de jerrycan getankt. En 's avonds laat, rond 21:00 uur kwam hij weer langs, dit maal om de schone was terug te brengen! Ik heb het al eerder gezegd: de man is onbetaalbaar

Dinsdag 23 mei zijn we nog in Preveza gebleven. We hebben een kapotte accu en Victor zou kijken of hij er een kon regelen, maar accu's met platte schroefcontacten zijn te geavanceerd voor Griekenland. Jammer, we zullen het voorlopig met 3 accu's moeten doen. Echter de belangrijkste klus voor vandaag was het regelen van een nieuwe DEKPA. De Grieken hebben weer eens de voorschriften voor de bootpapieren gewijzigd dus ik ben een halve dag bezig geweest op en neer te lopen tussen Port Police en de bank om dat te regelen. Tweeënhalf uur later en € 50 armer had ik dan toch mijn nieuwe papieren en mag de boot weer een jaartje in Griekenland blijven. We hebben ze maar niet verteld dat we morgen naar Albanië gaan, want dan wordt het helemaal gecompliceerd met uitklaren.

Tweede etappe: op weg naar Corfu


koud zo 's morgens!
De volgende ochtend om 6.30u was vroeg en kil.  Snel aangekleed en de laatste klusjes gedaan om de boot vaarklaar te maken. Alles was klam en vochtig, de ruiten allemaal beslagen zodat we ze met de douchewisser moesten droogtrekken.
In de grauwe ochtendschemer de lijnen losgegooid, het anker binnen gehaald en met de navigatieverlichting aan voer Juul langzaam de haven uit. Ik ruimde fenders en lijnen op, daarna nam ik het over en ging zij weer naar bed. Ik stelde voor dat de kapitein nog wat wilde slapen maar dat leek haar geen goed idee. Gelukkig liet ze wel een kop koffie voor me achter!
Over de trip valt verder weinig te zeggen. We hadden een kalme zee en weinig wind en zo hebben we dat het liefst. Er is weinig gebeurd, 2x dolfijnen op afstand gespot, af en toe een andere boot en dat was het wel. Na ruim 8,5 uur varen zijn we in Corfu direct naar de stadshaven gevaren (weet je nog, de haven waar je niet mag afmeren...) en zowaar er was genoeg plaats. We zijn zover mogelijk aan de buitenkant gaan liggen om zo min mogelijk last te hebben van de deining veroorzaakt door de snelle langsvarende ferries en hebben vast gemaakt met de hulp van 2 buren.

flaneren door Corfu


Daarna zijn we de stad ingelopen voor een pilsje.  Corfu is leuk in het voorseizoen. Ook nu lopen er busladingen toeristen, maar lang niet zoveel als in het hoogseizoen. Het ziet er leuk uit en het is gezellig.
Op ons gemak een pilsje gedronken en rond half 7 weer rustig teruggelopen naar de boot waar Juul heeft gekookt.



Derde etappe: naar Sarandë, Albanië


Het is maar zo’n 15 mijl naar Sarandë en het weer zou goed moeten zijn in de ochtend van 25 mei, dus we hadden geen haast. Nou, over het weer moeten we nog maar eens met de weermannen praten want het was zwaar bewolkt en het waaide best wel. Kil en guur, niet echt een lekkere dag om te varen.
aan de kade in Sarandë, voor ons een bar ongezellige Rus.
Maar goed, we zijn toch gegaan. Anker ophalen ging behoorlijk zwaar en het kwam uiteindelijk boven met een enorme versteende klont erin die ik er met moeite uit kon wippen met de pikhaak.
Tussen een paar ferries door hebben we het eiland voor de haven aan de oostzijde gepasseerd en zijn toen op een rechte koers naar Sarandë gegaan. Ondanks de wind was het rustig varen en naarmate de Albanese kust dichterbij kwam werd zowel wind als water nog rustiger. Vlakbij de haven werden we nog opgelopen door een enorm cruiseschip (de MSC "Poesia", hoe verzinnen ze het) dat zich voegde bij een even groot schip van de HAL (Westerdam) dat al voor de kade van de stad lag. En tegen de tijd dat wij voor de kade lagen telden we al 6 tenders die tussen de schepen en de kade voeren om mensen af te zetten die vervolgens in bussen verdwenen, waarschijnlijk op weg naar Butrint en andere bezienswaardigheden. Wij hadden intussen onze agent gevonden die op de kade stond te wuiven in de persoon van Ada, een jonge meid die voor Agim, de eigenlijke agent, werkt. Zij hielp ons met aanleggen dat helaas wel 2 keer moest omdat de eerste keer het anker niet pakte. Ada kwam aan boord om de papieren in ontvangst te nemen en was al gauw een beetje pips vanwege het constante rollen door al dat drukke tender verkeer. Gelukkig waarschuwde ze ons de klok een uur terug te draaien want dat hadden wij natuurlijk niet in de gaten!
Ada kwam na een uur terug met het bericht dat we ons vrij konden bewegen en bracht een plattegrond mee met de belangrijkste attracties in de stad. Helaas konden we er geen gebruik van maken want ze was nog niet weg of het begon te regenen, en behoorlijk ook. Met af en toe een pauze heeft het de rest van de middag zwaar geregend. Echt guur, nat en koud Hollands weer en dat terwijl er rijen cruiseschip passagiers onbeschermd op de kade stonden om weer aan boord van de tenders te gaan. Die hebben niet geboft!!
Gelukkig was het om 19.00 uur droog en toen op dat moment de laatste tender vertrok hebben we snel het anker ingehaald om als een haas het haventje van de tenders in te draaien en het mooiste plekje voor ons op te eisen. Tot dan toe lagen we aan een onbeschutte kade te rollen en in dit haventje hebben we meer beschutting. Direct achter ons kwamen nog 3 schepen aansnellen maar wij hadden het plekje langszij dat we wilden.


de steen des aanstoots, voor dit bootje moesten wij dus wijken...
Terwijl we bezig waren met de lijnen kwam Agim zich voorstellen en dat was maar net op tijd! Want terwijl wij nog stonden te praten kwam er een zeer kwade Albanees aanrennen die het er duidelijk niet mee eens was dat wij op “zijn “ plekje lagen. In eerste instantie wilde Agim toegeven en vroeg ons weer los te maken en op anker te gaan liggen een paar meter van de muur. Dat hebben we geweigerd, we waren net klaar en wilden de stad in om te gaan eten. Het kostte vervolgens een hele schreeuwpartij van de boze Albanees en de tussenkomst van de havenmeester om het dispuut bij te leggen. Wij zijn akkoord gegaan met het compromis om de volgende ochtend op de plek van een Amerikaanse zeilboot te gaan liggen wanneer die vertrokken zou zijn. Eindelijk rust en wij konden naar de stad.
Warm ingepakt het grootste deel van de kade afgewandeld maar met dit weer is het er gewoon niet gezellig. De terrassen zijn leeg en de restaurants eigenlijk ook.
Uiteindelijk naar een restaurant gegaan dat Alert, een andere assistent van Agim, had aanbevolen. Waarschijnlijk leuker bij beter weer (moesten eten met de jas aan) maar het voedsel was goed: een Griekse salade en een lamscasserole. Daarbij een halve liter bier en witte wijn en wij hadden ons buikje vol voor Lek 1650, met fooi Lek 1800, omgerekend € 13,50.
Na het eten, waar we als laatste klant weg gingen om 21.00, direct naar huis en naar bed. Het is te koud om gezellig buiten te zijn.

We zijn tot maandag 29 mei in Sarandë blijven liggen. Op vrijdag hebben we wat huishoudelijke klussen gedaan, onder andere gaan verliggen onder de argusogen van de boze Albanees en, HEEL belangrijk, internet geregeld. Ook dat kost wat moeite met paspoort en papieren, maar uiteindelijk had ik dan toch 3G internet voor 14 dagen en 3 Gbyte voor nog geen € 10.


INTERMEZZO: even iets over Albanië.

Ik ga hier niet herhalen wat je overal kunt opzoeken in alle reisgidsen over dit land die vol staan over het communistische verleden onder de barbaarse leiding van Enver Hoxa. Zeg maar de collega van zijn Roemeense vriend Ceausescu en hedendaagse Noord-Koreaanse collega Kim Yung Un. Volkomen geschifte megalomane leiders met vervolgingswaanzin die hun land, maar vooral hun bevolking, gigantische schade hebben toegebracht.
Heden ten dage staan die reisgidsen nog steeds vol over de mijnenvelden voor de kust en een land vol 1 persoonsbunkertjes. Of ze hebben het over het Albanees banditisme dat ontstond direct na het instorten van het communistisch regime een paar jaar na de dood van Hoxa. Er wordt aangeraden je vooral niet te mengen in een dispuut tussen 2 Albanezen want ze lopen allemaal rond met een pistool en je bent dood voor je het weet. En verwacht vooral geen steun van de wet want die zijn allemaal zo corrupt als de pest.

NIETS VAN WAAR:
Natuurlijk zijn het geen lieverdjes, maar er wordt hard gewerkt aan het terugdringen van de corruptie onder een democratisch gekozen regering. De mijnenvelden zijn allemaal al lang geleden geruimd en al de tijd dat we in het land geweest zijn hebben we 2 van die bunkertjes gezien waarvan een midden in de stad. De bevolking zoals wij het ervaren hebben is hulpvaardig en vriendelijk en alhoewel geld plukken van toeristen een nationale sport is, heb ik nooit het gevoel gehad echt opgelicht te zijn.
De kustlijn is vreselijk saai maar daartegenover staat dat het land prachtig is en logies, eten en drinken spotgoedkoop.
OOK alle horror-stories van bootjesmensen die een fortuin kwijt zouden zijn geraakt door een Albanese haven binnen te varen: niets van gemerkt. Aan het einde van de blog zal ik een overzicht maken van alle door ons betaalde kosten, maar neem een ding van ons aan: ga vooral naar Albanië, het is zeer de moeite waard.

EINDE INTERMEZZO


Op zaterdag had Alert een huurauto voor ons geregeld en zijn we de binnenlanden ingereden. De eerste plaats die we wilden bezoeken was Butrint, een archeologisch park met resten van bewoning uit 4 verschillende periodes: de Griekse, de Romeinse, de Byzantijnse en de Venetiaanse periode. Ik heb het al eens eerder gezegd: de ene "beschaving" breekt af wat de vorige "beschaving" heeft opgebouwd! En het resultaat kun je daar bekijken.
Op weg naar Butrint hadden we Sygic als navigatie op mijn telefoon en al snel kwamen we in conflict tussen Sygic en de borden langs de weg. We kozen voor Sygic en dat hadden we beter niet kunnen doen. I.p.v. via de snelle kustweg (de afslag die we dus genegeerd hadden) werden we nu de binnenlanden ingevoerd. Niet dat we dat hadden willen missen, we kwamen plotseling in een prachtige vallei terecht, door en door groen en nauwelijks door mensenhanden beroerd.
Albanees wegtafereel
prachtige landschappen
Natuurlijk zag je de alom tegenwoordige geiten en ook wat citrus boomgaarden en wijngaarden, maar verder wild, wild, wild. En overal bloemen: klaprozen, lavatera, oleander, heel veel brem en nog veel meer dat ik niet ken. En overal het gezoem van insecten en het gezang van vogeltjes. En leeg, nauwelijks een mens of auto te zien. God, wat is Nederland dan (over)gecultiveerd.
Maar ja, om in Butrint National Park te komen mag dit dan de kortste weg zijn, maar zeker niet de beste. Op een gegeven moment werden we de verharde weg af gestuurd en kwamen we in de echte binnenlanden. Ik ben blij dat er geen wiel afbrak, een gat in het carter sloeg of dat we in een kuil kwamen vast te zitten. Na een zeer moeizame tocht kwamen we uiteindelijk weer in de beschaving terecht en hebben we de weg gevraagd aan de jongens van een bestelbusje. Nou die wilden wel voor ons uitrijden naar Butrint, ze vertelden er alleen niet bij dat ze onderweg nog even een paar klantjes afgingen om hun waren (papierrollen) te slijten. Uiteindelijk kwamen we aan de oever van een riviertje en werden we op Butrint gewezen aan de overkant ervan.
op het pontje, 't is dat de rivier nauwelijks stroomt!



Ik keek al of we ergens door de rivier moesten rijden tot ik ineens een pontje gewaar werd dat al aan het oversteken was. Een gammeler geval heb ik mijn leven nog niet gezien, dat het überhaupt bleef drijven! en hoe je er op moest komen! Overal losse planken en een heftige rand zowel bij het op- als afrijden.



dekt de verzekering dit soort schade??
Maar we kwamen erop, moesten €3 i.p.v. € 2 betalen (toeristen mag je oplichten) maar kwamen heelhuids aan de andere kant. Daar konden we direct de parkeerplaats oprijden tezamen met 5 grote touringcars die tegelijkertijd vanaf de kustweg aankwamen. Tegen de tijd dat we geparkeerd hadden stonden er al lange rijen toeristen voor de ingang om via de draaihekjes een voor een te worden binnengelaten. We wilden al besluiten het er maar bij te laten zitten, totdat we door de hekken keken en daar ineens Alert zagen staan met een groep Duitse toeristen. We hebben  gepoogd via de uitgang bij hem te komen, maar de bewaker weerhield ons van dat voornemen. Hij was wel zo vriendelijk om Alert te waarschuwen en was vervolgens behulpzaam om ons langs de kudde bustoeristen te loodsen waarna we in de rij voor de poortjes aansloten en hup, zo het park in draaiden. Jammer voor de laatste 2 toeristen die er misschien niet meer in konden omdat de kaartjes op waren!
met 5 bussen oude stenen bekijken
We hebben ons even aangesloten bij de groep van Alert, maar de man is nogal lang van stof zodat we gauw op onszelf zijn verder gegaan. Misschien niet de juiste beslissing aangezien we geen plattegrond hadden. We hebben waarschijnlijk de langste wandeling gekozen want we zijn zeker een uur onderweg geweest, van de ene ruïne naar de andere en die hebben ze daar een hoop.
Hoe dan ook, we waren blij dat we uiteindelijk de uitgang vonden en de auto in konden. Die parkeerden we na 300 meter echter meteen toen we eindelijk een koffietent vonden en onze eerste koffie van vandaag konden innemen.
de vallei van Gjirokastro
Na de koffie hebben we de snelle kustweg genomen en in een fractie van de tijd van de heenweg waren we weer vlakbij Sarandë waar we afsloegen naar Gjirokastro. Een middeleeuws  plaatsje met een enorm fort dat op miraculeuze wijze de verwoestingen van Enver Hoxa heeft overleefd. Het is een tocht van 60 km dwars door een bergketen die ineens opent in een prachtige vallei. Niet golvend en heuvelig zoals in Duitsland of Oostenrijk maar echt zo vlak en zo groen als een biljartlaken. En daar ergens middenin het riviertje dat verantwoordelijk is voor al deze erosie. Echt een prachtig gezicht zo van bovenaf.. Vervolgens een snelle tocht over een heuse Albanese snelweg om in Gjirokastro te komen waar we aan het begin van het dorp een parkeerplaats vonden. Eerst maar eens wat gaan eten want het was intussen al 13:30. Met een matige omelet voor Herman en de smerigste gehaktballen ooit voor Juliette zijn we vervolgens het dorp ingelopen. Nou van dat middeleeuws is buiten de bestrating weinig van over of het zit verstopt achter de steigers die echt alle gevels bedekken. Er wordt waarschijnlijk hard gewerkt om het straatbeeld weer een authentiek tintje te geven, maar nu was er weinig te zien.
de kanonnen van Gjirokastro

We hebben dus de lange wandeling omhoog gemaakt naar het kasteel, daar 400 Lek betaald om erin te mogen en vervolgens de meest roestige verzameling oude kanonnen gezien die we ooit aanschouwd hebben. Nou zijn kanonnen toch al niet zo leuk maar in deze deplorabele staat is er helemaal niets aan. En dit waren dus de wapens die Hoxa wilden gebruiken om een eventuele invasie van het westen af te slaan. Oude WO-II rotzooi.
We hebben deze galerij snel verlaten en zijn verder gelopen.


Talloze bouwwerken binnen de muren van het fort



Tussen de hoge vestingmuren ligt een enorm oppervlak met talloze ruïnes en bouwvallen. De buitenkant ziet er aardig uit, maar van binnen is het een bouwval. Er moet nog aardig wat Unesco geld in om er een echte attractie van te maken.




hoe deze oude Amerikaanse jager hier komt wordt niet vermeld


Rond een uur of vier zijn we teruggelopen naar de auto en zijn onder een dreigende hemel teruggereden via dezelfde weg. Wel een verrassing was dat we op de snelweg werden aangehouden door een politiecontrole. Ik parkeerde de auto netjes in de berm, maar werd door de heren toch gemaand om naar ze toe te rijden terwijl zij half op de weg stonden. Toen ik het raampje naar beneden draaide kwam een vermanend vingertje naar binnen. Vervolgens bewoog die hand naar het lichtknopje om dat aan te zetten waarna we vriendelijk werden doorgezwaaid: niks steekpenningen of foute bekeuringen, keurig netjes met een brede glimlach.

We bleven de bui voor tot vlak voor Sarandë. Onderweg hebben we nog genoten van die prachtige vergezichten en groene dalen en zijn zelfs gestopt bij een wegstalletje voor een kilo kersen (€ 1,50).
Maar vlak voor de stad brak de pleuris uit, een enorme stortbui. Overal zie je terstond rivieren ontstaan en diepe plassen want een fatsoenlijk rioleringssysteem hebben ze op de meeste plaatsen niet. We hebben alle obstakels veilig weten te vermijden en hebben de auto rond 6 uur weer voor de verhuurder geparkeerd.
imponerende maar vreselijke saaie kustlijn
met vrijwel geen baaien.

Wat later kwam Alert nog langs bij de boot om te vragen waarom wij in Butrint niet bij zijn groep gebleven waren en kregen alsnog een privé college.
's Avonds zijn we naar het Restaurant Limani gelopen waar ik een prima pizza heb gegeten en Juul een heerlijk portie kleine red mullets en een spinazie soufflé.






Vierde etappe: naar Vlorë, Albanië


Goed verstopte ingang onderzeeboothaven.
Op maandag 29 mei zijn we weer verder gegaan. Door ons vertrek om 05:00 moest Alert noodgedwongen vroeg zijn bed uit, want het stempeltje van de havenmeester krijg je dus pas wanneer je direct daarna vertrekt. En we hadden die dag 61 mijl voor de boeg (iets van 110 Km) dus we wilden wel vroeg vertrekken.
We waren blij dat we een paar dagen hadden gewacht. Het slechte weer was weg maar de zee nog niet helemaal kalm, wind en golven op kop dus wat buiswater, bokken en rollen. Rond half negen kwam Juul boven omdat ze zeeziek werd. In de frisse lucht en met een banaan en een kop thee was dat gelukkig snel over.
Prima Marina, zeg nou zelf!
Rond 13:00 uur draaiden we bij Kaap Gjuhëzës de grote baai in op weg naar Marina di Orikum, een heel aardige marina met Italiaans management en grootse plannen voor de toekomst. Helaas bezitten we een pilot uit 2011 en daar werden die grootse plannen ook al genoemd, dus veel voortgang heeft Luigi nog niet gemaakt. Enfin, we werden hartelijk ontvangen en vastgemaakt en na het betalen van €45 havengeld hebben we de boot ontdaan van zout en met de beschikbare walstroom heeft Juul zelf gekookt. Het dorpje Orikum lag wat ons betreft net iets te ver weg.

Vijfde etappe: naar Dürres, Albanië

Dinsdag 30 mei opnieuw een monsteretappe van 60,7 mijl en dus gooiden we weer om 05:00 los, nauwlettend in de gaten gehouden door een Albanese politieman. Het staat nu eenmaal in de papieren dat je zo laat vertrekt en dan moet je dus ook wegwezen!
Dit keer is het water reuze kalm en overig verkeer volstrekt afwezig. Het enige dat we tegenkwamen was een superjacht uit de Bahama's op weg naar de belastingvrije diesel in Vlorë. Dat kunnen wij ook tanken (€ 0,60/liter) maar moeten dan wel minimaal 1000 liter afnemen, helaas!
big fenders for big boats!
Om 14:45 komen we aan in de haven van Dürres en na enig (heftig) misverstand per VHF over de te nemen route komen we aan bij de kade waar we door de agent worden gewezen naar een plek aan een 2 meter hoge muur met van die enorme rubberen constructies die dienen als fenders voor de zeeschepen, waar we dan ook tussen lagen. Het vroeg een half uur en 5 man voordat je ook maar enigszins fatsoenlijk vastligt. Hopelijk blijft het kalm want dit is volstrekt ongeschikt voor jachten.
Enfin, de agent is vertrokken met de papieren en ik heb het hele lijnenspel nog een keer overgedaan, dit keer met de zware stormlijnen, dempers en veren.
tussen de zeeschepen

Toen we na een uurtje het groene licht kregen, zijn we over die grote fenders gekropen om aan de wal te komen en zijn we de stad ingelopen. Er wordt stevig gebouwd in Dürres, direct na de uitgang van het uitgestrekte haventerrein kom je in een bouwput terecht. Er worden gebouwen gebouwd dan wel opgeknapt, wegen verbeterd, een viaduct gebouwd etc. En dus overal stof en lawaai. We hebben een kleine wandeling gemaakt naar de winkelstraat voor een brood en een supermarkt en zijn vervolgens weer terug gegaan naar de boot.
Juliette had aan de hand van de beoordelingen in Tripadvisor een restaurant uitgezocht niet al te ver uit de buurt van de haven. Rond half acht zijn we weer op pad gegaan op weg naar dat restaurant, maar toen we ter plekke kwamen was er niets van te vinden. Het zou een gelegenheid moeten zijn boven een bankgebouw, nou, de bank hebben we gevonden maar de verdieping erboven was leeg en donker. Nou lag die bank aan het begin van een promenade langs de zee, vol met kraampjes, schiettenten, draaimolens en ander kindervermaak die we toen maar afgelopen zijn in de hoop een andere eetgelegenheid tegen te komen. En zowaar, aan het einde van deze promenade waren inderdaad de nodige restaurants, de ene nog leger dan de andere. We hebben een Italiaans restaurant gekozen waar dan nog enig publiek zat en hebben daar besteld. Ik een grote pizza en Juliette een tonato. De pizza was prima, de tonato niet te verteren. Kalfsvlees wordt verondersteld zacht en mals te zijn maar dit kalf heeft blijkbaar een hard leven in de Albanese bergen gehad want het was taai als de pezen die er volop in zaten en bovendien tegen het ongare aan. Dat feest was dus snel afgelopen, de ober haalde zijn schouders op over onze klacht en constateerde dat we waarschijnlijk geen dessert wilden hetgeen hij goed gezien had! We hebben afgerekend en zijn snel vertrokken.
Terug op de boot ben ik maar de route van Dürres naar Ulcinj in Montenegro gaan uitzetten want ook morgen wordt het dus een vroege start!

Maar hoe het ons vergaat op weg naar Montenegro is iets voor de volgende blog!
Tot dan.
Herman en Juliette

Voor de rekenmeesters, hieronder het kostenoverzicht:
NB1: deze kosten gelden voor "Vaarttuig" met een lengte van 12,3 meter
NB2: In Albanië ben je verplicht van de diensten van een agent gebruik te maken

SARANDË: totale kosten schip en bemanning € 95
  • inklaren + eerste nacht liggeld €50
  • elke volgende nacht liggeld: €15 (3 extra nachten)
VLORË - MARINA DI ORIKUM: totale kosten schip en bemanning €45
  • liggeld per nacht: €45
DÜRRES: totale kosten schip en bemanning €70
  • kosten niet nader gespecificeerd maar omvatten liggeld 1 nacht, uitklaren uit Albanië en kosten van de agent. Eerlijk gezegd vond ik het hier aan de dure kant.
TOTALE KOSTEN SCHIP EN BEMANNING, 6 NACHTEN IN HAVENS,
IN-en UITKLAREN + 2X AGENT: € 210

Overige kosten:
AUTO HUREN: Wij hadden een Toyota Aris met 190.000km op de teller voor €35 per dag
TANKEN: we hebben niet in Albanië getankt maar de diesel kost € 1,10/liter, benzine €1,25
INTERNET: Koopje, simkaart voor een jaar € 1,50, 5 Gbyte per maand € 8,20
UIT ETEN: Varieerde voor ons twee tussen € 13 en €30 en omvatte meestal één salade, 2 hoofdgerechten, fles water, halve liter wijn en/of bier. En we hebben steeds zeer goed gegeten met uitzondering van die keer in Dürres.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten